realitytvbig  

Hoe moet dat nu met jou?

Jellema ‘Hoe moet dat nu met jou?’

Een film over afscheid nemen en opnieuw beginnen in landhuis Oosterhouw
Ooit was het prachtige landhuis Oosterhouw, de poëtische woon en werkplek van de tengere Groningse dichter C.O. Jellema. Hier omringde hij zich samen met zijn echtgenoot, de boomlange tuinarchitect Klaas Noordhuis, in rijk gedecoreerde kamers en omringd door een wonderschone tuin, met een prachtige collectie schilderkunst, fraaie serviezen, honderden boeken en een vleugel. Maar Cor Jellema is al vijftien jaar geleden, onder de verzuchting ‘hoe moet dat nu met jou?’, overleden in de armen van zijn Klaas. Niet lang daarna trok toneelontwerper Christiaan, die op dat moment al tien jaar in een klooster leefde, bij Klaas in. In zijn kloostercel had Christiaan de gedichten van Jellema gelezen. In een opwelling belde hij de voor hem onbekende Klaas op en tijdens dat eerste telefoongesprek werd eigenlijk al woordloos beklonken dat Christiaan bij Klaas op Oosterhouw, een soort Downton Abbey zonder personeel, zou komen wonen.

De documentaire begint op het moment dat de twee mannen al weer dertien jaar samen in hun Groningse landhuis wonen en daar een geheel eigen wereld hebben gecreëerd, die balanceert op de grens tussen de negentiende en de twintigste eeuw. Het ziet er allemaal schitterend uit. De unieke, door Klaas ontworpen park-tuin van één hectare groot is ingedeeld in totaal verschillende stijlen; Japans, renaissance, barok, rococo, met op de muur van het koetshuis een schitterende trompe l’oeil muurschildering. De tuin is opengesteld voor bezoekers, er worden rondleidingen gegeven en op het terras worden drankjes geserveerd. Christiaan heeft het landhuis zelf omgetoverd tot een dramatisch geheel waar de heel diverse gasten tijdens huisconcerten, retraites en poëzieavonden zich afvragen of ze in een authentiek negentiende-eeuws interieur of een geheel uit de hand gelopen toneeldecor verblijven. Het ziet er in ieder geval allemaal prachtig uit.

Maar schijn bedriegt. Het huis en de tuin dreigen ernstig in verval te raken, het behang vibreert van de muizen die er achterlangs schieten, de vleugel is ontstemd, de tuin is aan het overwoekeren en de muren vertonen scheuren door de aardbevingen. Ook de relatie tussen Klaas en Christiaan wankelt, mede doordat ze het onderhoud van huis en tuin fysiek en financieel bijna niet meer opbrengen. In hun wanhoop zetten ze het huis te koop, maar als er zich door de Groningse gasverzakkingen geen kopers melden zijn ze weer opgelucht. Vooral Klaas, die bang is dat Oosterhouw in handen van een potentiële koper zonder smaak op een Ikea-filiaal zou gaan lijken. Christiaan heeft het inmiddels zo benauwd gekregen in het vervallende landhuis, dat hij een werkaanbieding van het Amsterdamse theatergezelschap Mugmetdegoudentand met beide handen aangrijpt. Even is Klaas ontstemd, maar diep in zijn hart ervaart hij Oosterhouw inmiddels ook als een enorme last. Afgesproken wordt dat Christiaan alvast in de hoofdstad gaat wonen en dat Klaas nakomt. Om het ‘erfgoed’ van C.O. Jellema te behouden, trekken de twee mannen huisbeheerder Wilbert aan, die intrekt op Oosterhouw. Christiaan heeft zich inmiddels gesetteld in een minimalistisch ingerichte Amsterdamse verdieping. Bedoeling is dat Klaas zich weldra op de verdieping daaronder zal vestigen, maar de bewoner daarvan stelt zijn eigen verhuizing steeds uit. Omdat Christiaan niet zou verdragen dat Klaas de orde in zijn minimalistische appartement zou verstoren, zit Klaas diepongelukkig vast op Oosterhouw, waar hij zich doodergert aan Wilberts inspanningen om van Oosterhouw een soort jeugdherberg te maken. Klaas trekt zich terug in Jellema’s vroegere werkkamer, waar hij slaapt op de divan waarop de dichter in zijn armen is overleden en herinnert zich vertwijfelt diens laatste woorden; ‘hoe moet dat nu met jou?’.

Als het eindelijk zover is, verloopt de verhuizing dramatisch. Terwijl Christiaan in Amsterdam voor Klaas verborgen houdt dat zijn Amsterdamse verdieping nog tjokvol spullen van de vorige bewoner staat, heeft Klaas zich in Groningen ook niet echt goed voorbereid. Bovendien heeft hij net slecht nieuws gekregen; tijdens een bevolkingsonderzoek is er bloed in zijn ontlasting gevonden. Klaas weigert een vervolgonderzoek, maar is zo emotioneel op de dag van de verhuizing dat de verhuizers, twee schatten van mannen, hem regelmatig moeten troosten. Als Klaas in Amsterdam arriveert is Christiaan net op tijd klaar met zijn voorbereidingen. Klaas richt zijn verdieping eclectisch in met zware antieke meubels en tapijten uit Oosterhouw, waaronder de divan waarop C.O. Jellema gestorven is. Even denken de heren hun draai gevonden te hebben, maar dan gaat Klaas met hevige rugpijn naar de dokter en krijgt hij te horen dat hij uitgezaaide longkanker heeft.

Ondanks deze uitzichtloze situatie is Klaas in een opperbeste stemming. Hij beleeft zijn leven intenser dan ooit en besluit er nog flink van te genieten. Daarvoor moet hij wel aan Christiaan opbiechten dat hij er een seksueel dubbelleven op nahoudt en al gauw komen er uit allerlei hoeken en gaten minnaars, met een voorliefde voor S.M. tevoorschijn. Christiaan en Klaas betrekken deze mannen bij het naderende afscheid en in de gang van ‘klein Oosterhouw’ liggen de balen hooi uit de berm van Oosterhouw al klaar om inderdaad niet veel later als bedje te dienen als Klaas overlijdt en door Christiaan in zijn kist van wilgentenen wordt gelegd.

Christiaan erft Oosterhouw en hij keert naar terug naar het landhuis, om daar te doen wat hij diep in zijn hart eigenlijk altijd al had willen doen. Hij stript heel Oosterhouw kaal. De stervormige hagen uit de voortuin worden verwijderd, bomen worden omgezaagd. De gang wordt wit gestuukt het behang wordt van de muren gescheurd, de tapijten van de vloer getrokken en de Jellema-kamer wordt ontmanteld. Christiaan ervaart alles als een enorme bevrijding. En waar Klaas en hij gedurende hun hele relatie geprobeerd hebben om de magie van de woon en werkplek van C.O. Jellema voor de ondergang te behoeden, komt Oosterhouw nu ineens vanuit de klassieke negentiende-eeuwse wereld in de moderne tijd terecht.

En zo staat Oosterhouw dan uiteindelijk toch symbool voor het grote terugkerende thema in de gedichten van C.O. Jellema; de cyclus van groei, bloei en verval. Christiaan neemt afscheid van dat wat ooit was, om in het bijzondere landhuis Oosterhouw weer helemaal opnieuw te beginnen.



jellema
oosterhouw



Angela Poort documentaires realitytv
4pijlers kwaliteiten
inspiratiebronnen contact
-->